Schulden: schuldregeling of faillissement?
Je kunt je leveranciers niet meer betalen en openstaande schulden niet meer aflossen. Welke mogelijkheden heb je dan? Schuldhulpverlener en mkb-adviseur Wim van Schie vertelt over schuldregelingen en faillissement. Zijn belangrijkste advies: “Trek op tijd aan de bel”.
Schulden kunnen snel oplopen. Wim van Schie heeft veel te maken met ondernemers met schuldenproblematiek. Hij ziet hen vaak te lang wachten, waardoor een oplossing verder uit het zicht raakt. Zijn advies: “Zoek zo snel mogelijk contact met je schuldeisers als je (tijdelijk) niet kunt betalen. Of stap naar de schuldhulpverlening in je gemeente voor advies en ondersteuning. De kans dat je een faillissement kunt voorkomen, is dan het grootst.”
2 schuldregelingen
Er zijn 2 schuldregelingen. Een vrijwillige schuldregeling, ofwel het minnelijk traject, waaraan schuldeisers vrijwillig meewerken. En de wettelijke regeling Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (Wsnp), waarbij de rechtbank een saneringsplan maakt, waar de schuldeisers aan mee moeten werken.
Deze regelingen zijn alleen toegankelijk voor natuurlijke personen, zoals een eenmanszaak, maatschap, vennootschap onder firma (vof) of commanditaire vennootschap (cv).
Vrijwillig heeft de voorkeur
“Het minnelijk traject is voor ondernemers én schuldeisers het beste”, zegt Van Schie. Als alle schuldeisers akkoord zijn, kan het traject binnen 4 maanden van start. De schuldeisers krijgen hun schulden (deels) op korte termijn betaald en de ondernemer kan na 36 maanden schuldenvrij verder. “Dit traject is bij ondernemers wel lastiger dan bij mensen in loondienst, omdat er geen sprake van een stabiel inkomen is. En daarom zijn schuldeisers vaak kritischer”, legt Van Schie uit. Gaan de schuldeisers niet akkoord, dan is het minnelijk traject mislukt en is Wsnp een mogelijkheid.
Ongeveer 25% van de minnelijke trajecten mondt uit in een aanvraag voor de Wsnp, schat Van Schie. “Driekwart wordt dus succesvol afgerond.”
Second best
“Second best is de Wsnp”, gaat Van Schie verder. Alleen als het minnelijk traject mislukt, kun je een verzoek bij de rechtbank indienen om je toe te laten tot de Wsnp. Ook daarbij ben je na afloop van het traject schuldenvrij. Het duurt alleen langer voordat je van start kunt: “Met het doorlopen van het minnelijk traject en de aanvraag bij de rechtbank ben je zo 1 jaar verder.”
Pittige traject
“Het traject van schuldregelingen is pittig,” stelt Van Schie. Je hebt een inkomen op bijstandsniveau en je spreekt af dat je je overige inkomsten gebruikt om je schulden mee af te lossen. Je moet je daarbij wel aan de afspraken over je aflossingen houden. Doe je dat niet, dan kunnen je bewindvoerder of schuldeisers de rechtbank vragen je faillissement uit te spreken. Dat is de slechtste optie, omdat je niet schuldenvrij bent en alle controle over je bedrijf verliest.
Faillissement
Vanaf het moment dat je faillissement is aangevraagd, neemt een toegewezen curator alle beslissingen over je bedrijf. Je kunt zelf niets meer doen. Vaak zijn er te weinig bezittingen om alle schulden mee te voldoen. Het faillissement eindigt dan, maar je schulden blijven bestaan. Schuldeisers kunnen zich dus in de toekomst weer melden om betaling te eisen. “Je bent er dus niet vanaf”, benadrukt Van Schie.
“Met het minnelijk traject kun je dus het snelst van start én ben je na afloop schuldenvrij. Daarnaast heb je bij dit traject geen kosten voor de bewindvoerder (Wsnp) of curator (faillissement). Deze moet je namelijk zelf betalen, waardoor je schulden nog hoger worden.”